Vandaag hebben Eefje en ik samen in de badkamer de laatste voorbereidende laag pleisterwerk gezet voordat we eindelijk aan de tadelact zelf kunnen beginnen.
Deze laag bestaat uit een laag trasskalk (of kalkpleister) van ongeveer 5 mm dik die met een speciale rol met gaten ruw gemaakt wordt.
De trasskalk wordt geleverd in zakken van 30kg en hier moet ongeveer 11,5 liter water aan toegevoegd worden volgens de verpakking. We merken alvast dat dat geen exacte wetenschap is en dus wordt de trasskalk eerder “op het gevoel” gemengd. Dat wil zeggen dat we eerst mengen met minder water en dan geleidelijk aan beetje bij beetje extra water toevoegen totdat de trasskalk juist de goede structuur heeft.
Wanneer heeft die nu de juist structuur? Wel als de trasskalk aan je spaan blijft kleven als je hem afstrijkt dan is hij goed. Als hij ervan af glijdt is hij ofwel te droog ofwel te nat en moet je dus extra water of trasskalk toevoegen.
We brengen de trasskalk weer aan met de stukadoorspaan in een laag van ongeveer 5 mm. Omdat de trasskalk niet zo vriendelijk is voor de huid, dragen we tijdens de verwerking een paar goeie werkhandschoenen.
Als de trasskalk gelijkmatig aangebracht is en ongeveer een half uurtje gedroogd heeft, brengen we structuur in de laag traskalk met de speciale spons met gaten. Even de spons in water dompelen en weer uitwringen alvorens over de trasskalk te rollen en dan krijg je meteen de juiste structuur.
Als alles geborsteld is moeten we weer wachten totdat deze laag uitgedroogd is. Volgens de verpakking is dat een dag per mm, dus gezien we ongeveer 5 mm aangebracht hebben zal dat een 5-tal dagen moeten duren.
Volgende week hebben we een verlengd weekend, het ideaal moment dus om aan de laatste laag te beginnen. Het echte werk: de tadelact!